woensdag, oktober 23, 2002

De samenwerking tussen SP.a en Spirit: een gemeenschappelijk platform

Een sociaal, democratisch, Vlaams en progressief alternatief. Dat is wat sp.a en spirit samen willen opbouwen.

Ons doel is een samenleving waarin iedereen gelijke kansen krijgt, maar waarin iedereen ook de verantwoordelijkheid heeft om die kansen op te nemen. Mensen moeten zeggenschap krijgen over hun leven. We willen een samenleving waaraan iedereen volwaardig deelneemt. We wensen geen samenleving die mensen verdeelt en uitsluit. De samenleving moet ervoor zorgen dat iedereen – ongeacht sociale afkomst, geslacht, kleur, seksuele geaardheid, natuurlijke aanleg of gemeenschap waartoe hij of zij behoort – zichzelf kan ontplooien en zijn idealen kan verwezenlijken. Maar de samenleving is geen optelsom van individuen. Mensen vormen samen een gemeenschap. Ook die gemeenschap moet alle kansen krijgen om zich te ontplooien. Voor die gemeenschap moet iedereen zijn verantwoordelijkheid opnemen.

Door de samenwerking tussen sp.a en spirit overstijgen politici van verschillende oorsprong voor het eerst in Vlaanderen de partijgrenzen en het eigen grote gelijk.

Samenwerken is dan ook een belangrijke waarde voor beide partners. De meerwaarde wordt nog versterkt, als elke partner zijn eigenheid kan behouden en die zelfs nog verder kan uitwerken. Deze platformtekst legt een aantal ge-meenschappelijke principes vast. Hij gaat uit van wat ons bindt, niet van wat ons scheidt. Samen willen we een antwoord zoeken op de maatschappelijke uitdagingen, vragen en problemen van vandaag en morgen.

sp.a en spirit hebben een verschillend politiek verleden en een verschillende achtergrond. Natuurlijk zijn er overlappingen. Maar er zijn ook verschillen. Toch willen sp.a en spirit vandaag samenwerken. Omdat de situatie vandaag niet vergelijkbaar is met pakweg vijftig jaar geleden. Toen waren de maatschappelijke tegenstellingen nog duidelijk en was de politieke opdeling eenvoudig. Toen liepen er drie breuklijnen door de politiek: ‘arbeid versus kapitaal’, ‘katholiek versus vrijzinnig’ of ‘Vlaams versus Waals’. Nu liggen de kaarten anders. De drie klassieke breuklijnen domineren niet langer de maatschappij. Er verschijnen nieuwe breuklijnen, die om nieuwe politieke antwoorden vragen. Bovendien evolueert de maatschappij alsmaar sneller. Dat maakt dat geen enkele politieke partij nog een alomvattend antwoord heeft op de uitdagingen van vandaag en morgen. Ook daarom dringen nieuwe politieke samenwerkingsverbanden zich op. Zoals de samenwerking tussen sp.a en spirit.

Onze samenwerking wil een antwoord bieden op nieuwe evoluties. Want nieuwe tijden brengen nieuwe uitdagingen.

1. Duurzame ontwikkeling

Een zuivere markteconomie, die enkel en alleen steunt op het winstmotief, biedt geen garanties op een rechtvaardige samenleving. De vrijheid van de markt moet daarom sociaal, ecologisch en humaan worden ingebed. Onge-breidelde toename van de economische welvaart, zonder aandacht voor de rechtvaardige verdeling ervan, is niet ons doel. Iedereen moet op een recht-vaardige manier van de economische groei kunnen genieten. Die groei mag ook geen hypotheek leggen op de toekomst van mens en milieu. Een groeien-de economie die de behoeften van de huidige generaties bevredigt ten koste van de kinderen en de kleinkinderen is niet duurzaam. Zo’n economie wensen wij niet.

Duurzame ontwikkeling houdt voor ons in: rechtvaardige verdeling van de rijk-dom, respect voor het leefmilieu, vandaag en morgen, en aandacht voor im-materiële waarden. Een samenleving die alleen oog heeft voor materiële wel-vaart, leidt tot geestelijke armoede. Daar worden de mensen niet beter van. Wij willen materiële en geestelijke welvaart voor iedereen. Wij willen het bruto nationaal geluk van de huidige en toekomstige generaties vergroten.

2. Democratisering van de economische globalisering

Duurzame ontwikkeling is geen zaak van één land of één gemeenschap. Het is een opdracht voor de hele wereld. Daarom beschouwen we de toenemende globalisering van de economie niet als een bedreiging maar als een kans. Deze globalisering biedt juist mogelijkheden om de onderontwikkeling van grote de-len van de wereld te overwinnen. Maar dan moet iedereen genieten van die globalisering. Daarom willen wij een eerlijke wereldhandel, waarin de politiek en het algemeen belang het halen van puur winstbejag. Wij pleiten voor een wereldwijde structurele solidariteit. Dat kan maar als ook invloedrijke internatio-nale instellingen als de Wereldbank, het Internationaal Muntfonds en de We-reldhandelsorganisatie (WHO) democratisch worden georganiseerd.

3. Respect voor mensenrechten en pacifisme

In onze visie is er geen plaats voor een oorlogslogica. Wij willen actief bijdragen tot het proces van vrede en wereldwijde ontwapening. Wij steunen elk regime dat de mensenrechten respecteert en dat werk maakt van de opbouw van de democratie. We verwerpen iedere oorlogsdaad die de vrede op een zinloze wijze in gevaar brengt. Bij elk belangrijk conflict moeten de Verenigde Naties hun rol ten volle kunnen spelen. Een multilaterale oplossing moet hoe dan ook voorrang krijgen op een unilaterale.

4. Een moderne overheid

De vrije markt zorgt niet spontaan voor een rechtvaardige verdeling van de rijkdom. Ze zorgt evenmin voor de productie van maatschappelijk noodzakelij-ke goederen en diensten, die volgens de zuivere marktlogica onrendabel zijn.

Ook in een moderne dynamische samenleving heeft de overheid een vol-waardige opdracht. Ze speelt niet alleen een regulerende, maar soms ook een sturende en organiserende rol. In het verleden is de overheid te vaak en te veel een doel op zich geworden. Daardoor schiet ze soms aan haar eigen doel voorbij. Het zijn in de eerste plaats de zwakkeren die lijden onder een slecht werkende overheid. De overheid is voor ons een middel om sociale gelijkheid te realiseren. Wanneer dat niet lukt, moet zij gemoderniseerd worden. Wat telt, is de kwaliteit van de dienstverlening. De overheid moet er ook over waken dat iedereen toegang heeft tot de publieke goederen. De toegang tot deze pu-blieke goederen mag dan ook niet afhankelijk zijn van iemands rijkdom. De dienstverlening van de overheid moet kwaliteitsvol zijn en moet tegen een rechtvaardige prijs of gratis gebeuren. Daarom zijn wij voor een eerlijke belas-ting volgens draagkracht. Belastingen waarbij iedereen hetzelfde bedrag be-taalt, zijn niet rechtvaardig.

5. De nieuwe sociale kwestie

Onze sociale voorzieningen behoren tot de beste van de wereld. Maar het spreekt voor zich dat we al het mogelijke moeten doen om ze nog te verbete-ren. Niet aan alle noden die destijds de uitbouw van de welvaartsstaat nood-zakelijk maakten – zoals bestaansonzekerheid, kans op werkloosheid of ziekte – is immers voldaan. Tegelijk stellen zich nieuwe problemen, die om nieuwe op-lossingen vragen. De vergrijzing van de bevolking is een zware uitdaging voor de pensioenen en de ziekteverzekering. De groeiende kloof tussen wie lang en wie kort geschoold is, leidt tot steeds meer ongelijkheid. Die groeiende onge-lijkheid ligt op haar beurt aan de basis van een toenemend wantrouwen te-genover de instellingen – zoals politiek, politie, gerecht of ook de media.

We moeten nieuwe stappen zetten in de democratisering van het onderwijs. Dat onderwijs moet in belangrijke mate bijdragen tot de creatie van gelijke kansen voor iedereen. In de kennismaatschappij van vandaag zijn structurele ongelijkheden inzake opleiding inderdaad bepalend voor andere ongelijkhe-den in de samenleving, zoals deelname aan het arbeidsproces, cultuurpartici-patie, lichamelijke en geestelijke gezondheid of inkomensongelijkheid.

6. Radicale democratie

Velen zien onze samenleving als een toonbeeld van democratie voor de rest van de wereld. Toch hebben meer en meer mensen minder vertrouwen in de politiek. Ze hebben onvoldoende invloed op de besluitvorming in de samenleving. Dat leidt tot een gevoel van onmacht. Daardoor verliezen ze hun geloof in hun eigen toekomst en in die van de gemeenschap waartoe ze behoren. Mensen willen juist kunnen geloven dat ze de wereld ten goede kunnen veranderen. De oplossing ligt niet in minder, maar in meer politiek.

Wij moeten meer mensen op een intense wijze bij de besluitvorming betrekken. Meer mensen moeten zelf mee over hun toekomst en die van hun gemeen-schap beslissen. De huidige vertegenwoordigende democratie laat dat onvol-doende toe. Ook vormen van directe democratie zullen niet volstaan.

Daarom moeten we de instrumenten van de politieke participatie herdenken en verfijnen. Bovenop de vertegenwoordigende democratie kiezen we voor vergaande vormen van participatieve democratie. Die is gemeenschapsvor-mend en werpt een dam op tegen onverdraagzaamheid en afbrokkeling van het sociale weefsel. We willen zo mensen weer betrekken bij wat er in hun buurt gebeurt en bij wat er over hun buurt wordt beslist. Politiek wordt met de mensen en niet alleen voor de mensen gevoerd. Een grotere vorm van betrokkenheid moet leiden tot betere besluitvorming en dus tot beter beleid. Meer betrokken-heid bij de besluitvorming leidt ook tot een grotere aanvaarding van dat be-leid en tot grotere identificatie met de samenleving.

Het middenveld speelt hierin een sleutelrol. Een soepel middenveld verenigt mensen en is dus gemeenschapsopbouwend. Het kan mensen mobiliseren en het kan de verdediging van belangen en waarden van inwoners tegenover de overheid en binnen het economisch proces op zich nemen.

7. Besturen op het beste niveau

We ijveren voor een bestuurlijke ordening die de beslissingen laat nemen op het laagst mogelijke niveau. Dat is het principe van de subsidiariteit. In deze optiek vormen gemeenten, Vlaanderen en Europa voor ons het hart van de politieke besluitvorming. Federalisme op basis van culturele verscheidenheid staat voor ons model voor een vreedzame emancipatie van culturen en volke-ren in Europa en in de wereld.

Een gemeenschap moet over alle bevoegdheden beschikken die ze nodig heeft voor de uitbouw van een harmonieuze samenleving. Een doorzichtige solidariteit met de andere gemeenschappen in binnen- en buitenland past in ons streven naar een samenleving waaraan iedereen volwaardig deelneemt. We kiezen voor samenwerking en niet voor concurrentie tussen de regio’s. Deze samenwerking moet worden opgebouwd vanuit een vervolledigde autonomie.

8. Cultuur en jongeren

Cultuurparticipatie is van groot belang voor de ontwikkeling van elke mens en de gemeenschap. Cultuur in het algemeen en de vrijheid en creativiteit van de kunstenaar in het bijzonder, kunnen de samenleving een kritische spiegel voor-houden. Een actieve cultuurpolitiek vormt het cement tussen het individu en de gemeenschap. Cultuurbeleving brengt mensen samen. Cultuur versterkt het netwerk van verenigingen en dus de lokale samenleving. Creativiteit en cultuurparticipatie moeten worden gestimuleerd.

Jongeren zijn een dynamische en tegelijk kwetsbare groep die nood heeft aan ruimte. Fysieke ruimte, zodat jongeren hun ding kunnen doen. Mentale ruimte zodat er respect groeit. En beleidsruimte, die jongeren en kinderen als partners in de opbouw van de samenleving erkent. Jong en oud moeten meer met el-kaar in contact komen. Beide generaties moeten worden aangemoedigd om tot een uitwisseling van ideeën te komen. Zo kan er ook wederzijds respect groeien en mag er straks niet langer sprake zijn van een generatieconflict, maar van generatieaanvulling.

9. Een verdraagzame samenleving

We willen een samenleving met inzet van en voor iedereen, ongeacht afkomst. Een samenleving gekenmerkt door samengaan van vrije mensen en een sa-menleving waarin diversiteit een verrijking betekent. We willen de vrijheid, de waardigheid en het welzijn van iedereen koesteren. Iedereen die in ons land woont, moet aan het maatschappelijk debat kunnen deelnemen. Daarom moet iedereen gelijke kansen krijgen op een actief en evenwaardig burger-schap. Maar inburgering houdt zowel rechten en plichten in. Een plaats op de arbeidsmarkt en in de school zonder enige vorm van discriminatie, het leren van de taal, het verwerven van sociale vaardigheden, de aanvaarding van een aantal centrale normen en waarden, en stemrecht zijn de pijlers van de inburgering.

10. Een veilige samenleving

Veiligheid behoort tot een van de belangrijkste publieke goederen. Cruciaal is de integrale aanpak van criminaliteit en onveiligheid. Maar veiligheid heeft niet alleen betrekking op criminaliteit. Het gaat ook over verkeersveiligheid, milieu-overlast en alle vormen van fraude. Veiligheid is een basisrecht, waarop ieder-een moet kunnen rekenen. Veiligheid kan, net zo min als andere publieke goe-deren, afhankelijk zijn van iemands rijkdom. Omwille van de gelijke kansen voor iedereen en omwille van het recht op zelfontplooiing, is een veilige samenleving een noodzaak.

Deze ambitieuze doelstellingen brengen sp.a en spirit samen. Het verhaal van sp.a en spirit is radicaal, eigentijds en niet dogmatisch. Met dat verhaal willen we gezamenlijk naar de kiezer trekken. Onze drijfveer is het menselijk respect en de oprechte verontwaardiging over elke vorm van onrecht. Iedereen die wil opkomen tegen sociale onrechtvaardigheid en wil werken aan een sociaal-progressieve toekomst voor Vlaanderen, kan zich in onze samenwerking thuis voelen. Ongeacht de verschillen in levensbeschouwelijke overtuigingen of filo-sofische achtergronden. Zoals ook sp.a en spirit hun verschillen in achtergrond en structuren inschakelen voor de gemeenschappelijke doelstelling: een sociaal, democratisch, Vlaams en progressief alternatief.

donderdag, oktober 17, 2002

Spirit Gent protesteert tegen wapenaankoop Gentse politie

SPIRIT voor Gent is niet te spreken over de aankoop door de stad Gent van twee P90-machinegeweren voor de Gentse politie. De wapens zouden worden ingezet bij het vervoer van zware criminelen, omdat deze transporten mogelijk kunnen overvallen worden.

Spirit voor Gent is ervan overtuigd dat het zwaarder bewapenen van politiediensten geen structurele oplossing is voor het zwaar banditisme, maar integendeel een wapenwedloop veroorzaakt. Het probleem ligt hem in de aard van het vuurwapen. Het P90-machinegeweer is een moorddadig wapen. Zijn grootse ‘troef’ is zijn vuurkracht en de hanteerbaarheid, waardoor zowat iedereen met het wapen kan omgaan. Zo is het in staat vijf kogelvrije lagen te doorboren.

Vanaf het begin heeft SPIRIT zich vanuit haar pacifistische overtuiging verzet tegen de productie van dit wapen. De redenering van SPIRIT hieromtrent is glashelder. Wanneer honderd van deze wapens worden geproduceerd, dan zal een bepaald percentage sowieso in de illegaliteit terechtkomen door illegale wapenhandel, diefstal op politiekantoren, enz… Dit werd onlangs nog bewezen toen bij een gewone wegcontrole een P90 werd aangetroffen in een wagen. Vorig jaar werd bij een transport van producent FN naar een klant een lading van 100 (honderd!!!) P90 wapens gestolen.

In Kamer en Senaat gaf minister van Binnenlandse Zaken Duquesne op parlementaire vragen, gesteld door Spiritparlementsleden over de productie van de P90, steeds de garantie dat er geen P90-machinegeweren in criminele handen zouden vallen… Het spreekt voor zich dat, indien deze wapens in handen vallen van zware criminelen, deze criminelen niet zullen aarzelen deze tegen orde- en veiligheidsdiensten te gebruiken. Deze mensen zullen dan nog weinig hebben aan hun kogelvrije vesten.

Het alternatief voor SPIRIT voor Gent ligt voor de hand. Een grootstad als Gent moet zich samen met de federale politie inschrijven in een opgedreven strijd tegen de illegale wapenhandel. Dit kan door te investeren in meer rechercheurs en middelen die zich met deze vorm van criminaliteit bezighouden. Men moet niet de effecten bestrijden maar wel de oorzaken aanpakken. Op wereldniveau hebben de Verenigde Naties vorig jaar nog een hele conferentie opgezet om de proliferatie van kleine en lichte wapens tegen te gaan. SPIRIT voor Gent vraagt het Gentse stadsbestuur terug te komen op deze aankoop om de verdere proliferatie van deze wapens een halt toe te roepen.

Meer informatie:
Peter Craeyeveld, teamlid Spirit voor Gent en nationaal coördinator Spirit-netwerk "Vrede"
Frank Bombeke, coördinator Spirit voor Gent.