donderdag, december 12, 2002

Oost-Vlaamse reizigers in de kou door hogesnelheidslijn - Spirit wil expresnet rond Gent

SPIRIT heeft ernstige vragen bij de zegebulletins die de NMBS deze week de wereld instuurde bij de opening van de nieuwe hogesnelheidslijn tussen Leuven en Luik. Met de ingebruikname van deze dure lijn wordt de dienstverlening voor internationale reizigers uit West- en Oost-Vlaanderen en Leuven er slechter op. De comfortabele treinen tussen Oostende en Keulen worden immers afgeschaft. De enige reizigers die baat hebben bij deze nieuwe lijn, wonen in Parijs, Brussel en Luik. De nieuwe dienstregeling van de NMBS maakt bovendien duidelijk dat de investeringen in de hogesnelheidstreinen ten koste gaan van investeringen in lokale dienstverlening.

Vanaf 15 december 2002 heeft het gebruik van de hogesnelheidslijn volgende perverse consequenties voor de Vlaamse reiziger met bestemming Duitsland:

  • De prijs wordt ongeveer 30% duurder
  • Het aanbod wordt gevoelig verminderd
  • De laatste trein uit Duitsland vertrekt tijdens het weekend twee uur vroeger en op de werkdagen één uur.
  • De reis wordt minder comfortabel en er moet steeds worden overgestapt.
Als bijlage vindt u hiervan een gedetailleerd dossier.

Niet alleen de internationale reiziger is de dupe. Door de grote sommen die de hogesnelheidslijn tussen Leuven en Luik heeft opgeslokt blijft de lokale dienstverlening ondermaats. SPIRIT vindt dat nu ook dringend werk moet gemaakt worden van een expresnet rond Gent, een GEN (gewestelijk expresnet) rond Gent als het ware.

Een GEN rond Gent?

Rond Gent zijn een aantal lijnen die de verbinding vormen met de voornaamste Oost-Vlaamse steden en in een mooie ster rond Gent gespreid zijn. Hieruit zou op termijn een GEN (gewestelijk expres net) kunnen groeien met frequenties tot drie of meer per uur en per richting. Op dit ogenblik is het echter huilen met de pet op.

Deinze, Aalst, Lokeren, Sint-Niklaas en Dendermonde zijn twee maal per uur te bereiken, zij het met soms zeer bizarre uurroosters. Zottegem en Geraardsbergen zijn slechts één maal per uur bereikbaar. Eeklo, Oudenaarde en Ronse hebben tijdens de weekends slechts een bediening om de twee uur. Boodschappen doen in Gent op zaterdag of gaan wandelen in het Meetjesland of in de Vlaamse Ardennen zijn enkel weggelegd voor wie een auto gebruikt.

Deze situatie duurt reeds meerdere jaren. Deze lage frequentie is niet van aard om veel reizigers te bekoren. Met een slecht aanbod kan je immers geen klanten verwachten. Het resultaat zou wel eens de volledige afschaffing van deze weekendtreinen kunnen zijn, met als reden de lage bezettingsgraad.

De laatste verbinding is soms tergend vroeg: tijdens het weekend vertrekt de laatste trein uit Gent naar Eeklo om 20.16 u en naar Ronse om 20.00 u.. Uitgaan, bioscoop-, toneel- of operabezoek, vrienden opzoeken en dergelijke doe je dus best per wagen.

Om aan de huidige mobiliteitseisen van de bevolking te voldoen, moeten alle provinciesteden minstens met een halfuurdienst bereikbaar zijn, en in een volgende fase om de 20', zoals gebruikelijk in onze buurlanden, waar S-Bahn en RER veel succes kennen bij het reizigerspubliek. Tijdens het weekend dienen laatavond- en nachttreinen om het uur te rijden. Dergelijk aanbod verbetert niet alleen de mobiliteit; het helpt mee om het aantal weekendongevallen terug te schroeven.

Meer info:
Frank Bombeke, Coördinator Spirit voor Gent,
Sint-Lievenspoortstraat 159,
9000 Gent
Tel (09) 223 75 77
spiritvoorgent@meerspirit.be

Bijlage: SPIRIT-DOSSIER HOGESNELHEIDSLIJN TUSSEN LEUVEN EN LUIK … EN DE GEVOLGEN VOOR DE "GEWONE REIZIGER" (Oostende-Keulen, 12.12.2002)

Op 15 december 2002 worden de nieuwe uurregelingen bij de NMBS van kracht. Met de ingebruikname van de hoge snelheidslijn tussen Leuven en Luik wordt het treinaanbod tussen België en Duitsland gevoelig verminderd: alle treinen tussen Oostende en Keulen worden afgeschaft, de prijs wordt gevoelig verhoogd, het comfort daalt, de laatste verbinding wordt met één of twee uren vervroegd.

  1. De verborgen prijsverhoging: Door het feit dat men verplicht moet reizen met een Thalys of ICE (ICE= de Duitse hogesnelheidstrein), verhoogt de prijs tussen Gent en Keulen van 30,90 euro naar € 36,40 euro + 3,60 euro voor de verplichte reservering, wat een stijging van bijna 30% betekent. Deze prijsverhoging zal uiteraard statistisch niet in rekening worden gebracht bij de traditionele prijsverhoging op 1 februari 2003. Dezelfde verborgen prijsverhoging werd enkele jaren geleden op de lijn naar Parijs eveneens doorgevoerd.

  2. Vergelijking van het aantal verbindingen

    Tot 15 december 2002 rijden zes treinen per dag en per richting als IC-A tussen Oostende en Keulen; er rijden eveneens zeven Thalystreinen tussen Parijs, Brussel, Luik en Keulen. Bovendien is er nog een extra verbinding met de EN225 'Donauwalzer', die verder rijdt naar München en Wenen. Totaal per dag en per richting: 14 verbindingen.

    Vanaf 15 december 2002 rijden tussen Brussel en Keulen tijdens de werkdagen zeven Thalystreinen met een frequentie van 2 uur en drie ICE-treinen met een frequentie van 6 uur. Tijdens de weekends en op feestdagen rijden geen ICE's. Totaal per weekdag en per richting: 10 verbindingen, een vermindering met 30%. Op zater-, zon- en feestdagen: 7 verbindingen, een halvering van het huidige aanbod.

    De Oostende - Keulen stopt nu ook in Düren. Deze rechtstreekse verbinding vervalt na 15 december 2002

  3. De eerste en de laatste treinen

    Momenteel vertrekt de eerste verbinding uit Gent om 6.22 u. met aankomst in Keulen om 9.47 u.. De laatste vertrekt om 19.22 u. met aankomst in Keulen om 22.57 u.

    De eerste terugreis vanuit Keulen vertrekt om 6.30 u. met aankomst te Gent om 9.45 u. De laatste vertrekt om 20.14 u. met aankomst om 23.38 u.

    Vanaf 15 december 2002 vertrekt de eerste verbinding in Gent om 5.22 u. met aankomst in Keulen om 8.46 u. De laatste vertrekt om 18.56 u. - met slechts 5 minuten overstaptijd in Brussel-Zuid - met aankomst om 21.50 u. in Keulen.

    Vanaf 15 december 2002 vertrekt de eerste verbinding uit Keulen om 6.12 u. met aankomst in Gent om 9.04 u. De overstaptijd in Brussel- Zuid bedraagt nauwelijks 5 minuten. De laatste verbinding vertrekt om 19.13 u. in Keulen en komt aan om 22.38 u. in Gent.

    Dit betekent dat Vlaamse vakantiegangers of professionele reizigers één tot twee uren vroeger moeten vertrekken om nog dezelfde avond hun bestemming te bereiken.

  4. De overstaptijd in Brussel- Zuid

    Volgens de officiële dienstregeling heeft men vanuit Gent en Brugge 5 minuten overstaptijd van en naar de Thalystrein in Brussel-Zuid. Dit is in de praktijk meestal niet haalbaar, waardoor de reistijd in realiteit met 34 minuten wordt verlengd.

    Tickets van Thalys zijn niet bruikbaar op een gewone trein of op een ICE. Als men de verbinding in Brussel-Zuid mist door vertraging van de aansluitende NMBS-treinen, moet men een hele administratieve rompslomp voor lief nemen om het ticket om te boeken naar een andere trein. Dan bestaat het risico dat de volgende Thalys of ICE-trein volgeboekt is. Bovendien moet in veel gevallen twee uren gewacht worden op de volgende trein.

  5. De reistijden

    Momenteel bedraagt de reistijd met de IC-A 3.25 u. tussen Gent en Keulen; met de Thalys bedraagt de huidige reistijd 3.36 u.

    Vanaf 15 december 2002 bedraagt de officiële reistijd tussen Gent en Keulen met de Thalys 2.54 u. In de praktijk zal dit meestal niet haalbaar blijken wegens onvoldoende overstaptijd in Brussel Zuid: in dat geval bedraagt de reistijd 3.28 u. De reistijd met de ICE bedraagt 3.25 u.

    (Nota: bij het invoeren van het IC/IR plan in 1984 bedroeg de reistijd tussen Gent en Keulen slechts 3.15 u.)

    De reistijden tussen Leuven en Keulen blijven ondanks de in gebruik name van de hogesnelheidslijn onveranderd op 2.19 u.: er moet worden overgestapt in Luik; de overstaptijd bedraagt 20 minuten.

    Vanuit Antwerpen is de reistijd onveranderd: 3.34 u.

  6. Rendabiliteit van de trein Oostende - Keulen

    Op de IC-A-trein tussen Verviers en Aken (grensoverschrijding) zitten doorgaans tussen 100 en 200 reizigers (eigen tellingen) .

    Dat momenteel op deze treinen hostessen Thalys-folders uitdelen en informatie verschaffen over deze "nieuwe trein" (sic) bewijst het potentieel aan klanten, dat nog van de Oostende-Keulen gebruik maakt.

  7. De grenslandtrein

    Om de reizigers ten oosten van Luik een betere verbinding met Duitsland te bezorgen wordt om de twee uren een boemeltrein ingelegd tussen Luik en Aken. Deze trein geeft noch in Luik, noch in Aken aansluiting en is dus eigenlijk overbodig. Deze trein levert wel de mogelijkheid om naar Duitsland te reizen tegen het normale tarief; de reistijd wordt echter met een uur verlengd.

  8. De ICE-treinen tussen Frankfurt a..d. Main en Brussel

    - Er is iets mis met de Duitse hogesnelheids-ICE-treinen (InterCityExpress). Ze worden blijkbaar geboycot door de NMBS, die enkel promotie maakt voor de Thalys.

    - Om de zes uren is er op de werkdagen een extra trein tussen Brussel en Keulen en verder naar Frankfurt. Tussen Luik en Leuven moet deze Duitse hogesnelheidstrein gebruik maken van de oude lijn via Landen en Tienen. Deze treinen worden immers niet toegelaten op de nieuwe hogesnelheidslijn.

    - In het nieuwe spoorboekje van de NMBS staan de ICE-treinen tussen Luik en Keulen (en terug), aangeduid als EN (Euro-Night; trein met verplichte reservatie). Er wordt niet vermeld dat de trein naar Frankfurt rijdt; er wordt ook niet vermeld dat deze trein verder rijdt naar en van Brussel. Volgens het spoorboekje rijdt enkel tussen Luik en Keulen.

    - In de stations en op de treinen worden kwistig folders van Thalys verspreid. De ICE wordt dood gezwegen.

  9. Het comfort van de Thalysstellen

    - De beenruimte in de Thalysstellen is zeer klein, wat tijdens een urenlange reis gezondheidsproblemen kan opleveren. Dergelijke problemen doen zich ook voor bij goedkope vliegtuigreizen.

    - De vering is hard. De restauratie aan boord is duur en van lage kwaliteit.

  10. Samenvatting van de slechtere service tussen Gent en Keulen

* Er moet steeds worden overgestapt indien men van Oostende, Brugge, Gent of Leuven naar Aken of Keulen wil reizen

* Er moet eventueel nog een tweede keer worden overgestapt indien de reisbestemming Düren is:

* Het aantal verbindingen wordt verminderd van 14 tot 10 per dag. Op zaterdag en zondag wordt dit aanbod beperkt tot 7 per dag

* De reis wordt gevoelig duurder

* Thalysstellen zijn beduidend minder comfortabel dan de IC-treinen Oostende - Keulen.

* De laatste trein naar en van Keulen wordt met één, respectievelijk. twee uur vervroegd.

Besluit: het half miljard euro voor de hogesnelheidslijn komt enkel ten goede aan de reizigers uit Parijs, Brussel en Luik.

maandag, december 09, 2002

Spirit Gent pleit voor een integraal woonbeleid

Spirit voor Gent juicht het initiatief van schepen De Regge toe om een beleidsnota (Sociaal) woonbeleid in Gent op te stellen. Toch stellen we vast dat er een totaalvisie ontbreekt om tot een integraal woonbeleid te komen. Een woonbeleid moet gevoerd worden ten aanzien van iedereen, deze nota is teveel toegespitst op het sociaal woonbeleid alleen. Spirit voor Gent betreurt dan ook dat er in de nota zo weinig aandacht uitgaat naar de bevolkingsgroepen die weinig of geen financiële problemen hebben. Het is minstens even belangrijk om welgestelde mensen naar de stad te trekken, zij brengen geld mee waar de stad nood aan heeft.

De opties die schepen De Regge neemt inzake het sociaal woonbeleid, wenst Spirit nochtans uitdrukkelijk te steunen. Vooral de plannen voor de omvorming van de Gentse sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) tot 3 à 4 grote SHM’s en de creatie van een centraal inschrijvingsregister en registratieloket voor kandidaat-huurders genieten de goedkeuring van Spirit. Spirit voor Gent vraagt wel dat schepen De Regge concrete maatregelen in haar beleidsnota opneemt die verzekeren dat de 2 000 bijkomende sociale woningen, die voorzien zijn in het bestuursakkoord, verwezenlijkt kunnen worden.

Voor Spirit is een integraal woonbeleid echter meer dan een goed sociaal woonbeleid. Onze afgevaardigde zal in de stedelijke Woonraad actief en constructief meewerken aan de uitwerking van een dergelijk integraal woonbeleid. Spirit schuift daarbij drie centrale pijlers naar voor :

- Gent moet een aangename en leefbare stad zijn die aantrekkelijk is en blijft voor zowel jonge koppels en gezinnen, als voor gezinnen met studerende kinderen als voor ouderen. Met andere woorden, er moet een evenwichtige leeftijdsopbouw zijn.
- De woonkwaliteit vormt een belangrijk aandachtspunt. De stad moet inspanningen leveren om de kwaliteit van het wonen te verbeteren, om een aangename woonomgeving te bekomen.
- Tenslotte moet er een duurzaam sociaal woonbeleid gevoerd worden, als onderdeel van het integrale woonbeleid. Iedereen heeft recht op een degelijke woning.


Spirit voor Gent lanceert daarom volgende voorstellen.

- Er wordt actief campagne gevoerd om studenten na hun studies in de stad te houden. Dit kan bijvoorbeeld door ze actief bij te staan in het zoeken naar een woning en een job, maar ook door ze bijvoorbeeld een financiële korting toe te staan in de vorm van een vermindering van de gemeentelijke opcentiemen onder de 27 jaar.
- Overlast bestrijden die veroorzaakt wordt door lawaai, afval, foutparkeerders, enz moet prioriteit worden van de politie. Dit zijn oorzaken waarom mensen verkiezen aan de rand van de stad te gaan wonen.
- Aanleg en onderhoud van groen in de stad.


Tenslotte vraagt Spirit aan schepen De Regge om de plannen van de beleidsnota binnen de huidige legislatuur uit te voeren. Dat de nota geen termijn voor de uitvoering bepaalt, mag niet betekenen dat deze zaak op de lange baan geschoven wordt.

BIJLAGE: SPIRIT-VOORSTELLEN ivm de NOTA SOCIAAL WOONBELEID

Een woonbeleid moet de absolute basis zijn waarvan een stad of gemeente vertrekt. We zijn dan ook tevreden met het initiatief dat schepen De Regge nu neemt. Toch stellen we vast dat er een aantal tekortkomingen zijn die de uitvoering van deze nota misschien in de weg kunnen staan.

De nota schetst de visie van de stad op het woonbeleid, die gevolgd wordt door een omgevingsanalyse. Vanuit deze probleemstelling komt men tot de essentie van de uit te voeren globale opdracht, of de missie. Tenslotte komen de doelstellingen aan de orde. Volgens ons situeert zich hier het grootste probleem. De opbouw van de nota volgt de stappen die men ook in een strategisch plan voorziet, maar de doelstellingen zijn onvoldoende specifiek geformuleerd. 2 voorbeelden :"Aantrekken van jonge gezinnen" of "Sociale mix bewerkstelligen over het ganse grondgebied". In het beste geval zijn dit middelen of instrumenten om een finale doelstelling te bereiken, maar het aantrekken van jonge gezinnen naar de stad kan op zich nooit een doelstelling vormen. Deze onduidelijke en bijgevolg niet realiseerbare doelstellingen zetten de hele ontwerpbeleidsnota op de helling.

We betreuren ook dat er in de nota zo weinig aandacht uitgaat naar de bevolkingsgroepen die weinig of geen financiële problemen hebben. Het is minstens even belangrijk om welgestelde mensen naar de stad te trekken, zij brengen geld mee waar de stad nood aan heeft. We hechten ook veel belang aan maatregelen die erop gericht zijn de studenten, menselijk kostbaar kapitaal, na hun afstuderen in de stad te houden. De titel van de ontwerpbeleidsnota schept in die zin ook enige verwarring. In eerste instantie moet er een woonbeleid gevoerd worden ten aanzien van iedereen. Een sociaal woonbeleid vormt hier een onderdeel van. Het ontbreken van een beleid ten aanzien van deze groepen mensen beperkt de nota in haar opzet zodat we zeker niet kunnen spreken van een integraal woonbeleid.

Het onderdeel dat veruit het meest uitgewerkt is in de nota betreft de sociale huisvestingsmaatschappijen. Volgens schepen De Regge is een herstructurering van de sector noodzakelijk, zeker gezien de weinig rooskleurige financiële situatie van de SHM’s in Gent. We steunen schepen De Regge in de poging die zij onderneemt naar de subsidiërende overheid om de Subsidie Bouw en Renovatie binnen grootstedelijke gebieden op te trekken van 60 naar 80 %, zodat de SHM’s in de steden slechts 20 % van de kostprijs moeten gaan lenen op de private markt. Specifiek voor Gent is het belangrijk dat het centraal inschrijvingsregister en registratieloket er komt en ook de omvorming van de Gentse SHM’s tot 3 à 4 grote SHM’s lijkt ons noodzakelijk om de continuïteit te verzekeren. We missen in de ontwerpbeleidsnota wel concrete maatregelen die verzekeren dat de 2 000 bijkomende sociale woningen, die voorzien zijn in het bestuursakkoord, verwezenlijkt kunnen worden.

Wij willen actief en constructief meewerken aan een integraal woonbeleid in Gent. Wij stellen het bestuursakkoord centraal. Vanuit deze optiek kunnen we drie centrale pijlers naar voor schuiven :
  • Gent moet een aangename en leefbare stad zijn die aantrekkelijk is en blijft voor zowel jonge koppels en gezinnen, als voor gezinnen met studerende kinderen als voor ouderen. Met andere woorden, er moet een evenwichtige leeftijdsopbouw zijn.
  • Zoals vermeld in het bestuursakkoord is de woonkwaliteit voor ons een belangrijk aandachtspunt. De stad moet inspanningen leveren om de kwaliteit van het wonen te verbeteren, om een aangename woonomgeving te bekomen.
  • Tenslotte moet er een duurzaam sociaal woonbeleid gevoerd worden, als onderdeel van het integrale woonbeleid. Iedereen heeft recht op een degelijke woning.
We formuleren hier per pijler 1 mogelijke doelstelling :
  • Tegen het einde van de legislatuur moet er een aanzienlijke verbetering opgetreden zijn in de leeftijdsopbouw in de stad, moet er een tendens naar evenwicht zijn tussen jong en oud.
  • Tegen het einde van de legislatuur moeten x – aantal woningen op het Gentse grondgebied voldoen aan bepaalde wooncriteria (die vooraf vastgelegd werden in een lijst), en moet het aantal leegstaande en verkrotte huizen verminderd zijn.
  • Tegen het einde van de legislatuur moeten er 2 000 bijkomende sociale woningen verwezenlijkt zijn op het Gentse grondgebied.

Dergelijke duidelijk geformuleerde doelstellingen zullen veel eenvoudiger te verwezenlijken zijn. Om de effectiviteit te kunnen verzekeren, is het noodzakelijk dat er acties geformuleerd worden, concrete maatregelen die ervoor zorgen dat deze centrale pijlers verwezenlijkt kunnen worden. Zoals in de ontwerpbeleidsnota ook gezegd wordt, moeten voor een integraal woonbeleid ook andere beleidsdomeinen en andere bestuursniveaus aangesproken worden. Het kan niet de bedoeling zijn hier een uitgewerkte nota voor te leggen, vandaar dat we ons beperken tot enkele acties voor de eerste doelstelling.

  1. Er wordt actief campagne gevoerd om studenten nadat ze afgestudeerd zijn in de stad te houden. Dit kan bijvoorbeeld door ze actief bij te staan in het zoeken naar een woning en een job, maar ook door ze bijvoorbeeld een financiële korting toe te staan in de vorm van een vermindering van de gemeentelijke opcentiemen onder de 27 jaar.
  2. Overlast bestrijden die veroorzaakt wordt door lawaai, afval, foutparkeerders, enz moet prioriteit worden van de politie. Dit zijn oorzaken waarom mensen verkiezen aan de rand van de stad te gaan wonen.
  3. Aanleg en onderhoud van groen in de stad.
Welke instrumenten zullen hiervoor gebruikt worden ? In de nota van schepen De Regge worden een aantal instrumenten opgesomd om het aandeel kwalitatieve woningen te verhogen. We hoeven hier dus niet verder op in te gaan.

De acties moeten vervolgens getoetst worden op hun effectiviteit aan de hand van indicatoren. Dit laat de stad toe de ontwikkeling van de doelstellingen op te volgen en bij te sturen waar nodig. Zonder deze effectieve opvolging dreigen de uitgewerkte doelstellingen te vervallen in een statisch gegeven. Tenslotte is het noodzakelijk dat er kritiseke succesfactoren opgenomen worden : wat is er essentieel om de doelstelling te bereiken en waarop moet je als stadsbestuur focussen ? Per doelstelling willen we een indicator en een kritieke succesfactor formuleren.

  • Kritieke succesfactor : een goed zicht op de wooneenheden van allerlei aard in de stad Gent (voor gezinnen met of zonder kinderen, ouderen, studenten,…). Indicator : Een goede en goed bijgehouden inventaris van de woningen.
  • Kritieke succesfactor : een goed zicht op de kwaliteit van de wooneenheden in Gent. Indicator : een goede en goed bijgehouden lijst van de kwaliteit van de woningen in Gent.
  • Kritieke succesfactor : permanent zicht hebben op de vraag naar sociale woningen en de beschikbaarheid van deze woningen. Indicator : inventaris van de sociale woningen – 1 gecoördineerde lijst met aanvragen over de maatschappijen heen.
Tot slot willen we nog opmerken dat schepen De Regge zichzelf nergens een termijn oplegt waarbinnen ze deze nota, de doelstellingen verwezenlijkt wil zien. Dat de nota geen termijn voor de uitvoering bepaalt, mag niet betekenen dat deze zaak op de lange baan geschoven wordt.

Meer Info :
Cédric Verschooten
VU – ID afgevaardigde Woonraad
Tel 0498 / 755 736
E-post cedric.verschooten@meerspirit.be